Schloss Karlsruhe

Zeg je Karlsruhe dan zeg je Schloss. Dit is zonder twijfel de bekenste en meest iconsche bezienswaardigheid van de stad, die je dus ook absoluut niet mag missen tijdens je stedentrip (al is dat gezien de omvang ook vrij lastig). Ruim 300 jaar geleden, in 1715, besloot de markgraaf Karl Wilhelm von Baden-Durlach dat hij een eigen slot wilde. En zo geschiedde. Te midden van het bos werd een gigantische residentie met roomgele facade neergezet. Het was de basis voor een nieuwe stad die zou verrijzen: Karlsruhe. Een imposant staaltje architectuur, en zoals de ietwat arrogante en narcistische Karl wilde, moest ook iedereen in de stad dit kunnen zien. Daarom werden er vanuit het slot 32 uitvalswegen aangelegd die als een waaier uitliepen over de stad. Op deze manier kon iedereen vanaf elk van deze straten het slot statig zien liggen. Het is het waaiervormige patroon waar Karlsruhe de bijnaam 'Fächterstadt' (waaierstad) aan te danken heeft en wat zelfs als voorbeeld heeft gediend bij de bouw van Washington DC! 

Ook de tuin van het slot is een bezoek waard. De heerlijke, groene oase is tijdens de mooie lente- en zomermaanden een geliefd toevluchtsoord voor zonaanbidders en wandelaars. Het Schloss Karlsruhe dat we vandaag de dag kunnen zien is (helaas) niet meer het originele gebouw, dat werd tijdens de Tweede Wereldoorlog gebombardeerd. Desondanks is het gebouw van buiten wel in de oude glorie hersteld, maar met aan de binnenkant de faciliteiten die bij een modern museum horen. Sinds 1921 is hier namelijk het Badisches Landesmuseum gevestigd.

Tip! Je kunt het slot tijdens een bezoek aan het museum ook beklimmen. Vanaf hier heb je een prachtig uitzicht over de waaiervormige stad en de bergen van het Zwarte Woud.